De eerste valkuil, waar de boeren zorgvuldig van wegbleven, is als de staking alleen over geld zou gaan. We lazen op NU.nl al een kop waar je als communicatieprofessional de kriebels van krijgt: ‘Waarom zijn de leraren niet blij met 460 miljoen van het kabinet?’ Meer geld voor de sector en een beter salaris is geen aantrekkelijk frame om sympathie mee te wekken. Want als 460 miljoen (!) het probleem niet oplost, dan wordt het ineens erg abstract en misschien zelfs een gevoelsmatige bodemloze put. Daarbij is er ook een deel van Nederland dat vindt dat een lerarensalaris helemaal niet zo beroerd is in vergelijking met hun eigen inkomen, dus bij hen komt de boodschap dan verkeerd aan: ‘wat zeuren ze nou?’
Dan de boeren. Zij spraken vooral over ‘waardering’ en ‘trots’ dat ze misten. Een framingstrategie die jaren geleden ook succesvol werd gehanteerd in de beruchte schoonmakerscampagne vanuit de FNV. In plaats van te vragen om meer salaris, vroegen ze om meer respect. En een van de dingen waarmee je dat uitdraagt is een fatsoenlijk loon. Ineens ben je niet meer de zoveelste burger die z’n handje ophoudt, maar vraag je om iets dat niet meer dan redelijk is.
Een van de dingen die geregeld worden benadrukt is het dat het niet goed gaat in onderwijsland. Een woordvoerder van de AOb zegt daarover: 'Het vak kampt met een enorm imagoprobleem. Door een structurele salariëring neem je een groot struikelblok bij de werving van nieuwe leraren weg. Een deel van het geld kan ook worden gebruikt om klasseassistenten aan te nemen, die kunnen helpen de werkdruk weg te nemen. Dat gebeurt nu al, maar over het algemeen worden die binnen een week onbevoegd voor de klas gezet om de docententekorten op te vangen.' Hoe begrijpelijk deze inhoud ook is, onbewust en onbedoeld draag je met zo’n boodschap ook bij aan het vergroten van het probleem. Want wat blijft het meeste hangen? Weinig geld, werkdruk en onbevoegde collega’s. Wie wil daar nog bij horen? Natuurlijk moet je urgentie creëren, zodat de overheid gaat investeren. Maar het onbedoelde neveneffect is dat je hiermee zelf het vak nog onaantrekkelijker maakt. Want zelfs al komt er ruim voldoende geld, de negatieve perceptie blijft nog langer hangen.
En dan? Moet je dan niet vertellen hoe penibel de zaak is? Natuurlijk wel! Alleen is de kunst om niet bij de problemen in het hier en nu te blijven, maar ook juist de aandacht te richten op de negatieve consequenties. Wat verliezen we als we onvoldoende investeren in onderwijs voor de jeugd? Of juist: wat valt er te winnen? En wie wint daarbij? Nu lijkt de discussie – in ieder geval in de media – nog vaak te gaan over de docenten die tekortkomen. Die veel te veel op hun bordje krijgen en ook nog eens voor een te laag salaris. En dat is erg. Absoluut. Maar wat zou er gebeuren als niet die docent, maar de kinderen die ze doceren in de hoofdrol zouden komen als slachtoffer in het dominante frame morgen? Dan zou de publieke verontwaardiging nog een stuk groter kunnen worden.
Succes docenten, laat je horen!
Andere artikelen