Een tsunami aan metaforengeweld

feb. 04, 2011

Metaforen zijn een schitterend communicatiemiddel. Ze verduidelijken, versieren en overtuigen. Er zijn ook gevallen waar een metafoor verwarring kan zaaien of nog erger: irritatie.


Zo lazen we op Nu.nl de volgende kop: ‘Tsunami van obesitas overspoelt wereld’. De tsunami-metafoor is erg populair de afgelopen tijd, dankzij de vele waterrampen die in ons geheugen gegrift staan. Ook Geert Wilders gebruikt deze metafoor graag in combinatie met zijn ‘islamisering’. In ons kikkerlandje hebben we dus schijnbaar meerdere tsunami’s te verduren. Maar slaat het wel ergens op om toenemende obesitas met een tsunami te vergelijken?


Metaforen zie je voor je en voel je

Het grote voordeel van het gebruiken van metaforen is in de eerste plaats dat je abstracte informatie kan verduidelijken. Door een zekere abstracte ontwikkeling (het aantal mensen met flink overgewicht is sinds 1980 verdubbeld) te vergelijken met iets concreets, wordt het een stuk duidelijker: jongens, er is gevaar! Tegelijkertijd wordt niet alleen je begrip aangesproken, maar ook je gevoel. Zonder dat je een tsunami zelf meegemaakt hoeft te hebben, is de angst goed invoelbaar: het komt uit het niets, er is geen schuldige die je kan tegenhouden en het vernietigt alles op zijn pad. Zo’n ramp is dus uitermate geschikt om mensen zowel verstandelijk als emotioneel te waarschuwen: help!

Overtuigende vergelijkingen

Tegelijkertijd moet een metafoor ook enigszins kloppen. Het is immers een vergelijking. Natuurlijk zijn er altijd grenzen aan een vergelijking, maar om echt overtuigend te zijn is het essentieel om een aantal scherpe overeenkomsten aan te duiden, zodat deze eigenschappen extra worden benadrukt. Het gaat dan met name om de culturele en cognitieve connotaties die ergens bij passen; wat roept de metafoor voor gevoelens op? Neem bijvoorbeeld de volgende vergelijking: het lijkt hier wel een zwijnenstal. Varkens schijnen behoorlijk hygiënisch te zijn, maar dat doet er niet toe. We associëren varkensstallen nu eenmaal met rotzooi en viesheid. Metafoor geslaagd, want afschuw en schaamte worden opgeroepen.


Maar nu terug naar de tsunami van obesitas. Heeft deze wel een wenselijk overtuigend effect dankzij de associaties die de metafoor oproept? Oftewel: wat doet deze metafoor met de ontvanger? Toenemende obesitas wordt vergeleken met een natuurramp. Een ramp die voorkomen moet worden. Juist. Daar gaat de vergelijking al mank: een tsunami is niet tegen te houden, een tsunami overkomt mensen. Obesitas is het resultaat van duidelijk te herkennen én te voorkomen gedrag. Op het moment dat obesitas wordt verbeeld als een tsunami, wordt gesuggereerd dat er geen stoppen meer aan is. Dit is raar, aangezien de geciteerde wetenschappers juist een oproep doen om te investeren in het bevechten en voorkomen van obesitas.

Checklist voor een mooie metafoor

De tsunami is dus eigenlijk tegenstrijdig met de achterliggende persuasieve boodschap. Daarbij is er nog meer op aan te merken: een tsunami is er ineens, lellende vetrollen vergen toch wat forse snackattacks. Een tsunami zie je (eventjes) aankomen, maar de spiegel kan je lange tijd voorliegen. Eigenlijk is het enige treffende aan deze vergelijking het feit dat beide een ramp zijn voor de mensen die het overkomen, hoewel daar ook nog over te twisten valt (niet elke obees vindt dat zijn leven vernietigd is).


Waar voldoet een metafoor aan die klinkt als een klok?


  1. Toepasselijk: wat wordt er belicht door de metafoor? Begrijpt de doelgroep de vergelijking? Klopt dat met je intentie of worden er ook ongewenste connotaties mee opgeroepen?
  2. Beeldend: welk beeld wordt er opgeroepen? Welke gevoelens horen daarbij?
  3. Aanspreekbaar: is de metafoor mooi of origineel? Of is hij vreselijk cliché?


Op punt 2 loopt de tsunami-obesitas metafoor dus flink spaak. In het originele artikel waar Nu.nl uit citeert komt deze metafoor overigens ook niet voor. Als Nu.nl had gekopt met ‘Verdubbeling obese mensen sinds 1980’ dan was de boodschap ook helder geweest. Obesitas is als issue in Nederland al echt voldoende duidelijk, zelfs zo duidelijk dat het zelf als metafoor wordt gebruikt: onze premier nam het woord ‘bestuursobesitas’ al in de mond en sommige mensen kunnen 'infobeten' zijn. Conclusie: niet alles hoeft metaforisch benaderd te worden, doe het alleen als het wenselijke toegevoegde waarde heeft.

Deel dit artikel:

Andere artikelen

17 apr., 2024
Het is feest! Komende vrijdag ontvangt onze oud-stagiair Iris van Weenen namelijk haar masterdiploma! Haar stage bij ons was onderdeel van haar masteropleiding Neerlandistiek en haar superinteressante scriptieonderzoek naar de overeenkomsten tussen talige en visuele frames heeft haar uiteindelijk dat felbegeerde papiertje van de Universiteit Leiden opgeleverd.
09 apr., 2024
Eerder schreven we al eens een artikel over hoe taal je denken beïnvloedt . De conclusie daarvan was: taal is verre van neutraal en heeft zelfs invloed op hoe je de wereld om je heen ervaart. Afhankelijk van de taal die je spreekt kun je bijvoorbeeld bepaalde kleuren beter zien, of onthoud je beter wie precies de schuldige was bij een ongeluk. De manier waarop je iets zegt, heeft effect op hoe we de wereld zien, wat we een logische vervolgstap vinden of wie we aanwijzen als probleemveroorzaker. Een nieuwe Duitse studie vond voor deze conclusie nieuw bewijs én laat zien hoe het invloed heeft op niet alleen ons heden, maar ook onze toekomst.
04 apr., 2024
Misschien dat je nooit in een verhitte online discussie terecht bent gekomen, maar ook in het ‘echte’ leven gebeurt het regelmatig dat we ons gelijk proberen te halen door meer en meer feiten over de ander uit te strooien of dezelfde feiten keer op keer te herhalen. Met toch vaak hetzelfde resultaat: de ander raakt niet overtuigd van jouw visie en sterker nog, hij (of zij) lijkt alleen maar meer overtuigd te zijn van zijn eigen, duidelijk verkeerde, standpunt. Frustrerend!
Share by: